Zeven schrijfsters en hun coach deel vijf
R heeft de tijd vooraf aan de retraite uitgebuit en al heel wat teksten voor haar bundel ‘verzameld werk’ geselecteerd, uitgeprint en opgepoetst. Wat een gevarieerd oeuvre van gedichten, verhalen, brieven en columns! Waar zij tekstuele vragen heeft, vind ik die in de uitgeprinte teksten.
Dit wordt bepaald geen begeleiding van een beginfase, het gaat al aardig richting eindredactie.
R vindt het heerlijk als ik neuzel en mekker over details: waar komt in vredesnaam ineens die vent vandaan? Waarom is de tweede helft van dit verhaal in verleden tijd? Horen er leestekens in dit gedicht? Natuurlijk hoort zij ook graag wat ik goed vind, en dat is bijna alles, behalve die details. De meeste teksten heb ik al voorbij zien komen in al die jaren van cursussen en werkplaats.
Een van R’s stijlkenmerken is, dat zij zeer zintuigelijk en filmisch kan schrijven. Soms zozeer dat een aantal groepsleden, die erg vegetarisch zijn, gruwen van het verhaal dat zo plastisch het vlees in de Keulse pot laat zien, ruiken en proeven.
Na het voorwerk van ons beiden schieten we bij de bespreking als vissen door het water, maar liefst vijf verhalen in één keer. Natuurlijk zijn er altijd wel aanhalingstekens, onlogische volgordes of titels die niet spreken. Maar dat is klein grut, de hoofmoot staat er. Zeker nadat R, na een les over schrappen, haar eigen teksten al heeft ingedikt; op macro-, meso- en microniveau, soms overtreft daarin deze leerling haar juf! We verheugen ons beiden op de bundel, en ik was het even vergeten, maar… ik mag de inleiding schrijven. Onverwacht komen er aan de eettafel suggesties voor een titel. Zo moet het worden, missie bijna geslaagd.
Nawoord 2018:
Het bewuste boekje is inmiddels uitgekomen en al aan herdrukken toe.
Romee Rugers van der Loeff:
Is dit allemaal van mij, Boekengilde 12 2017.
Zie ook de rubriek: publicaties van cursisten
Reageer
Door op Verzenden te klikken gaat u akkoord met onze Privacyverklaring (AVG)